Mijn aandacht ging de afgelopen week vooral uit naar dit artikel:
Klaas Knot is een bekwaam centrale bankier, maar ik zet uitroeptekens bij het advies dat hij doet in het TV-programma College Tour. Terwijl de beleidsrente in de VS en het VK al is verhoogd naar 1%, stelt hij voor dat de ECB de negatieve rente in juli gaat verhogen van -0,5% naar -0,25%. Verder zet ik vraagtekens bij zo een geringe mutatie voor wat betreft de ontwikkeling van de inflatie. Mogelijk is een einde aan de militaire inspanningen in Oekraïne een veel positiever element voor de daling van de inflatie, als Europa dan ook nog de sancties terugdraait en Rusland ook enkele stappen terugzet. Oorlog kent altijd slechts verliezers ook voor de winnaars. Want een oorlog vergt veel geld en dat kan niet worden besteed aan het welzijn van het volk. Alleen dit jaar gaat Nederland al €2,4 mrd besteden aan militaire investeringen. Over het gesprek dat Twan Huys 22 mei in College Tour had van Christien Lagarde nog enkele kanttekeningen. Allereerst een pluim voor Lagarde voor haar inzet vrouwen dezelfde opleiding en kansen te geven als hun mannelijke collega’s in de strijd voor topfuncties. Met de aantekening ‘dat mannen en vrouwen van een andere planeet kunnen komen’ en voor elkaar aanvullend kunnen werken. Maar over de wijze waarop zij de Europese Centrale Bank leidt, ben ik kritischer. Zij is geen monetaire autoriteit, maar hoogstens een topmanager. Het lukt haar niet de onderbouwing te leveren voor de beleidsbeslissingen die de ECB neemt. Wij volgen de ontwikkelingen, wij streven naar, niets concreets, geen heldere zienswijze. In 2012/16 heeft de ECB besloten, gezien in het licht van die tijd, tot een grondige beleidswijziging: van geld moet een waarde hebben naar geld moet een waarde vertegenwoordigen, wat we tegenwoordig noemen de prijsstabilisatie. Daar streeft de ECB nog altijd naar op de middellange termijn (een inflatie van net onder de 2%) maar de realiteit is een heel andere sinds, stel november vorig jaar, toen de inflatie snel ging stijgen. In eerste instantie ontkende Lagarde de ernst van deze prijsstijgingen en deed niets. Haar eerste keuze was en is de economische groei in stand te houden en daarvoor offert zij de waarde van de euro op. De euro/dollar pariteit is het laatste jaar 14% gedaald. Dat betekent dat alle goederen en diensten (waaronder energie) die wij importeren in US dollars duurder zijn geworden. Wat ik al eerder in dit blog heb beschreven dat wij ons in een fundamentele transitie bevinden, een uiterst complexe situatie, die bestuurders voor principiële dilemma’s stellen. De monetaire gereedschapskist is nu leeg en de enige uitweg die de ECB ziet is geld in de markten blijven pompen, zodat de banken zogenaamd gezond blijven en het bedrijfsleven staande kan blijven. Maar dat is slechts schijn. Het monetaire systeem is verrot, de fundamenten zijn aangetast en de vermogensmarkten zijn opgeblazen. De enige grondige aanpak van de inflatie is het terug verkopen aan de markt van alle in de laatste jaren ingekochte staatsleningen. Ja, ik weet het dat gaat niet gebeuren, omdat de complexiteit van de financiële markten zo groot en risicovol is dat het bankwezen daardoor zal instorten en grote financiële genomen zullen moeten worden genomen. Iedereen zegt dat wij niet hoeven te vrezen voor de hyperinflatie die in 1922/23 woedde in de Weimar Republiek (het tegenwoordige Duitsland). Aan de hand van de prijsstijgingen van één kilo brood toon ik de inflatoire ontwikkeling:
December 1921:
4 Mark
December 1922:
163 Mark
Januari 1923:
250 Mark
April 1923:
474 Mark
Augustus 1923:
69.000 Mark
November 1923:
201.000.000.000 Mark
Op 15 november 1923 werd de (papier)mark vervangen door de rentenmark, waarbij er 12 nullen van de prijzen werden afgehaald. Er was in 2 jaar tijds een gigantische hoeveelheid geld vernietigd en iedereen begon weer onder aan de ladder: brood kostte weer 4 mark. De oplossing van die hyperinflatie kwam vanuit een frisse herstart en kapitaalvernietiging en dat slaagde. Ik verwacht dat, indien dat nu weer zou plaatsvinden gestart kan worden aan de opbouw van een nieuwe samenleving, de fundamentele transformatie, maar wel met nieuwe leiders op de cruciale plekken op monetair, financieel en economisch terrein en toezichthouders op sociaal/maatschappelijk terreinen.
Sitearchief
Trump maakte bekend dat hij de eerder opgelegde economische sancties tegen Iran opnieuw instelt. Ook Europese bedrijven moeten zich daaraan houden, zo dreigde hij. Moet ik dat zien als een greep naar de macht over Europa en de politiek/economische en financiële belangen. Het neigt naar een dictatoriale vorm van regeren. Het leidde met name tot onrust in Duitsland, dat veel meer exporteert naar Iran dan bijvoorbeeld de Fransen en de Britten. Er zijn naar schatting 10.000 Duitse bedrijven die zakendoen met Iran, waarvan er 120 daadwerkelijk in dat land werkzaam zijn met eigen personeel. Volgens minister Altmaier biedt de regering die bedrijven juridische adviezen, maar is het niet mogelijk om financiële steun te bieden. De Duitse minister van Economische Zaken zei over de handelsbetrekkingen met de Verenigde Staten dat hij “escalatie-spiraal” wil voorkomen. Ook bondskanselier Merkel liet zich in die bewoordingen uit. Het besluit van Trump is geen reden om de Europese relatie met de VS in twijfel te trekken, zei ze. Dat roept het beeld op alsof ze zich opstelt als de slippendrager van Trump. Merkel sprak opnieuw haar afkeer uit over de Amerikaanse terugtrekking uit het akkoord. “Ik vind het niet goed om eenzijdig een overeenkomst op te zeggen die in de VN-Veiligheidsraad is goedgekeurd. Dat vermindert het vertrouwen in de internationale orde.” De Fransen daarentegen nemen afstand van de dwingende regels van Trump. De Franse minister Le Maire van Financiën zei op de Franse radio dat Europese bedrijven zich niet onderdanig moeten opstellen tegenover de VS. Hij wil dat bedrijven de mogelijkheid houden om handel te blijven drijven in Iran. “We moeten niet accepteren dat de Verenigde Staten optreden als de economische politieman van de wereld.” De Europese leiders moeten afstand nemen van het beleid van Trump om uit de Iran-deal te stappen. Lees verder